X
Santip Santip Bekijk Santip artikelen
Nivo Nivo Bekijk Nivo artikelen
Vakpublicaties Vakpublicaties Bekijk vakpublicaties
Inschrijven nieuwsbrief Inschrijven nieuwsbrief Inschrijven nieuwsbrief

Niet alleen technisch advies
maar tevens een sparringpartner
en vertrouwenspersoon

Verteerkosten voor IB-ondernemer niet aftrekbaar

Nivo 2022 - 21

In 2021 berichtte ik u reeds over dit onderwerp. De rechtbank Zeeland-West-Brabant kwam toen met een opmerkelijk uitspraak. Inmiddels heeft ook het Hof Den Haag als hogere rechter geoordeeld over deze materie. En, eerlijk gezegd. U wordt daar niet blij van. Lees maar.

HOF DEN HAAG d.d. 22 maart 2022 (ECLI:NL:GHDHA:2022:513)

Een IB-ondernemer werkte als consultant.

Zijn activiteiten bestonden o.a. uit het verbeteren van bedrijfs- en informatieprocessen. In het kader van zijn aangenomen opdrachten, die vaak verschillende maanden duurden, huurde de man kamers of studio’s buiten zijn woonplaats.
Vóór en tussen de opdrachten door volgde de man (in het buitenland) trainingen en opleidingen. Tijdens de perioden waarin hij in de gehuurde woonruimtes verbleef en tijdens zijn reizen naar de trainingen en opleidingen maakte de man verteerkosten. Denk aan kosten van ontbijt, lunch en diner.

De IB-ondernemer trok 80% van deze verteerkosten af van zijn belastbare winst.
Geen 100% aftrek, omdat er sowieso een aftrekbeperking van 20% gold.
Echter, de Belastingdienst vond dat de verteerkosten helemaal niet aftrekbaar waren. De inspecteur stelde namelijk dat deze uitgaven volledig in de privésfeer lagen.

Het Hof Den Haag is het eens met de visie van de fiscus.
De verblijfskosten zijn wel zakelijk volgens het hof. Deze komen immers voort uit het verrichten van werkzaamheden of het uitvoeren van een opdracht elders.
Maar de verteerkosten zijn niet zakelijk. De noodzaak om te eten en te drinken heeft volgens het hof een overheersend privékarakter.

Hierbij maakt het niet uit of de IB-ondernemer deze verteerkosten thuis of elders maakt. Bovendien stelt de consultant niet dat hij maaltijden met collega’s heeft genuttigd.

Conclusie

Mijn ervaring is dat IB-ondernemers de verteerkosten die zij “onderweg” maken als zakelijke kosten beschouwen. Met deze uitspraak is het toch van belang om daar nog eens goed met uw adviseur over te spreken. Hopelijk is de belastingplichtige in cassatie gegaan tegen de uitspraak van Hof Den Haag. Misschien denkt de Hoge Raad hier toch anders over.