X
Santip Santip Bekijk Santip artikelen
Nivo Nivo Bekijk Nivo artikelen
Vakpublicaties Vakpublicaties Bekijk vakpublicaties
Inschrijven nieuwsbrief Inschrijven nieuwsbrief Inschrijven nieuwsbrief

Niet alleen technisch advies
maar tevens een sparringpartner
en vertrouwenspersoon

Schijnzelfstandigheid, deel IV

NIVO 2025 - 7

Tijdens het schrijven van mijn column kwam op het nieuws dat de Kamer van Koophandel na een maand tijd circa 4.000 zelfstandigen zonder personeel minder telt. Dit op het totaal van 1,8 miljoen ZZP-ers!
Kortom, het gaat nog niet echt hard. Hoogstwaarschijnlijk had men een veel grotere afname verwacht nu de Belastingdienst vanaf 1 januari 2025 weer handhaaft. Over dat handhaven heeft de staatssecretaris van Financiën op 3 februari jl. een duidelijk “routeplan” meegegeven hoe de Belastingdienst dit moet doen. Ik neem u graag even mee. 

Handhaving 2025

In het kader van “de zachte landing” start de Belastingdienst in 2025 het risicogerichte toezicht op schijnzelfstandigheid in beginsel met een bedrijfsbezoek. In dit stadium is nog niet vastgesteld of daadwerkelijk sprake is van schijnzelfstandigheid.
De opdrachtgever wordt zo nodig gewaarschuwd voor risico’s op schijnzelfstandigheid. Hierdoor krijgt een ondernemer de kans om zijn bedrijfsvoering te verbeteren. Dat kan op verschillende manieren. Een ondernemer kan ervoor kiezen schijnzelfstandigen in dienst te nemen. Het zou ook kunnen dat een wijziging van de manier waarop de opdracht wordt uitgevoerd, ertoe leidt dat daadwerkelijk sprake is van een opdracht die wordt uitgevoerd door een zzp’er.

In ‘bepaalde gevallen’ kan schijnzelfstandigheid direct via een boekenonderzoek aan de orde komen. Indien de Belastingdienst in 2025 constateert dat er sprake is van schijnzelfstandigheid, kan de Belastingdienst meteen correctieverplichtingen en naheffingsaanslagen loonheffingen opleggen, maar niet verder terug dan 1 januari 2025 (tenzij sprake is van kwaadwillendheid of een eerder gegeven aanwijzing die niet is opgevolgd). Echter, de Belastingdienst legt over 2025 geen boetes op!

Handhaving 2026

Vanaf 2026 zal de Belastingdienst, net als voorheen, bedrijfsbezoeken en boekenonderzoeken doen, op verzoek vooroverleg voeren met opdrachtgevers en voorlichting geven. Conform de uitvoerings- en handhavingsstrategie kiest de Belastingdienst uit een mix van handhavingsinstrumenten die het best bijdragen aan het bevorderen en behouden van het nalevingsgedrag van belastingplichtigen. 
Ook in 2026 kan de Belastingdienst meteen correctieverplichtingen en naheffingsaanslagen loonheffingen over het verleden opleggen, maar niet verder terug dan 1 januari 2025 (tenzij sprake is van kwaadwillendheid of een eerder gegeven aanwijzing die niet is opgevolgd). Echter, de Belastingdienst zal vanaf 1 januari 2026, conform de normale regels, wel boetes (kunnen) opleggen.

Conclusie

De praktijk blijkt altijd weerbarstiger. Inmiddels hebben een behoorlijk aantal ondernemers zich beklaagd bij de diverse politieke partijen over de wijze waarop de Belastingdienst omgaat met de handhaving op schijnzelfstandigheid.
Immers, Inspecteurs behoren volgens hen in beginsel, volgens het spoorboekje, eerst een waarschuwing te geven, maar gaan nu vaak direct over tot een boekenonderzoek. Bron:ZiPconomy.

En uiteraard trekken de politieke partijen gelijk aan de bel. De Kamerleden Thierry Aartsen (VVD), Mariska Rikkers-Oosterkamp (BBB) en Hans Vijlbrief (D66) hebben hierover op 31 januari 2025 Kamervragen gesteld aan de Staatssecretaris van Financiën Van Oostenbruggen en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Eddy van Hijum. 

Maar de staatssecretaris heeft reeds in zijn beantwoording een “opening geboden” voor de Belastingdienst om direct een boekenonderzoek in te stellen en het vriendelijkere voortraject achterwege te laten. Dat is namelijk mogelijk in ‘bepaalde gevallen’. De staatssecretaris schrijft daarover het volgende

“In bepaalde gevallen kan schijnzelfstandigheid direct via een boekenonderzoek aan de orde komen, bijvoorbeeld bij concrete risicosignalen die duiden op evidente schijnzelfstandigheid of als er bij controle op een ander belastingmiddel, bijvoorbeeld BTW, door de inspecteur schijnzelfstandigheid wordt geconstateerd. Ook in 2024 zijn boekenonderzoeken gedaan, en deze lopen mogelijk nog door. Tot slot kan de Belastingdienst samen met andere overheidsinstanties een onderzoek starten. Dan zal niet eerst een bedrijfsgesprek plaatsvinden.”

De spannende vraag is nu; betreft het een (nieuwe) storm in een glas water, of gaat de Belastingdienst ook echt over de schreef in ‘bepaalde gevallen’?

Wordt vervolgd!