PRIVÉGEBRUIK AUTO IN DE LAATSTE BTW-AANGIFTE 2016
Santip 2017-2
Als ondernemer/werkgever moet u in de laatste BTW-aangifte van dit jaar het privégebruik van de auto(s) van de zaak aangeven. Als een auto van de zaak voor zakelijke én privé doeleinden wordt gebruikt, moet het werkelijke privégebruik van de auto als fictieve dienst belast worden. Daarbij wordt het woon-werkverkeer als privégebruik aangemerkt.
Als uit de bedrijfsadministratie niet blijkt in hoeverre de auto voor privédoeleinden is gebruikt, kunt u als ondernemer/werkgever ook een vast, forfaitair percentage van 2,7% van de catalogusprijs van de auto (de prijs inclusief BTW en BPM) als privégebruik in aanmerking nemen. Is het werkelijke privégebruik aantoonbaar lager, dan mag de BTW worden gecorrigeerd over dit lagere bedrag.
Hebt u bij de aanschaf van de auto geen BTW als voorbelasting in aftrek gebracht – omdat u de auto onder de margeregeling hebt gekocht of vanuit uw privévermogen in de onderneming ingebracht – dan geldt een forfaitaire bijtelling van 1,5%.
Dit lagere forfait geldt ook voor oudere auto’s, auto’s die vijf jaar in de onderneming zijn gebruikt vanaf het jaar van ingebruikneming.
Eigen bijdrage werknemers
Brengt u uw personeel voor het privégebruik een bedrag in rekening dat niet-kostendekkend is? Dan moet u btw betalen over de uitgaven die u hebt gemaakt voor het privégebruik van de auto.
U mag er echter ook voor kiezen om voor het privégebruik 2,7 of 1,5% van de cataloguswaarde (inclusief btw en bpm) op te nemen in de aangifte over het laatste belastingtijdvak van het jaar. In dat geval betaalt u geen btw over de aan het personeel in rekening gebrachte bedragen.
Is de btw die u moet betalen over het bedrag dat u aan uw personeel in rekening brengt meer dan de btw die u moet betalen volgens de 2,7 of 1,5%-regeling? Dan moet u btw betalen over de in rekening gebrachte bedragen. U kunt dan de 2,7 of 1,5%-regeling niet toepassen.
Bron: www.belastingdienst.nl